Quick Quick door Java
Het weekje Bali was heerlijk en vloog dat ook zo voorbij. Aan het eind van de week namen we afscheid van Sjaak en Aetske en ruilden we ons luxe resort en het luieren in voor nog een weekje Java in hoog tempo.
En in hoog tempo begon het zeker! We namen de bus van Bali naar Yogjakarta op Java. Van te voren vertelde men dat de busrit zo'n 18 tot 20 uur zou gaan duren en er was iemand op het busstation die ons kon vertellen dat het soms zelfs 24 uur duurd. De bus was zo relaxt met beenruimte van bijna 1 meter(!!), de stoelen leken wel van die tandartsligstoelen, er was een tv aan boord, je kreeg kussentjes en dekens uitgedeeld en een toilet (meestal heel vies, maar altijd handig voor als je heel nodig moet...). 24 Uur leek ons zo wel appeltje-eitje. En ja, dat was het ook! Tenminste, als je niet naar buiten keek... De chauffeur vond het namelijk nogal leuk om met onze levens te spelen. Weggebruikers werden constant door de bus ingehaald en de favoriete momenten waren in de bochten. Dat hadden we in andere landen ook wel meegemaakt, maar die Javanen doen het met nog wat meer gas! Toch hebben we zo nu en dan de ogen kunnen sluiten en toen we ze 's ochtends vroeg weer openden zaten we tot onze verbazing al in Yogjakarta. Maar liefst 16 uur had onze rally-racer er over gedaan!
Yogjakarta was een leuke stad met hier en daar wat schattige straatjes en vriendelijke mensen. We besloten de stad te verkennen met een fietsrikshaw. Nadat hij ons wat rond had gereden bracht de man ons naar het huis van de sultan. Daar kregen we een rondleiding van een andere man die uiteraard na afloop zei: 'Please have a look in my shop.' Een batikshop. Batik is een speciale schildermethode op doek. Het is echt Javaans en in Yogja zie je dan ook om de 5 meter een batikshop. Tijdens onze terug wandeling naar het hotel kwamen we langs een marktje. Het is momenteel Ramadan en de meeste Javanen zijn moslim. Het verbaasde me dan ook dat die mensen de hele dag achter dat heerlijke Indonesische eten konden zitten. Erg knap! Dat wij wel mochten eten wisten ze wel en er werd ons dan ook veel lekkere echte Javaanse zoetigheden aangeboden. Verder werd er weer vrolijk om ons gelachen (de dreadjes van Meinte stelen nog altijd de show) en een oud mannetje noemde vol trots het Nederlandse koningshuis op. Oude mensen kunnen dn ook nog vaak een beetje Nederlands praten. De volgende ochtend, na een nacht op de gang slapen in het hotel vanwege een stofbed (ja ik miste best dat luxe resort op Bali) zijn we nog even naar het paleis van de sultan geweest en daarna zijn we de bus ingestapt naar Borobudur.
In Borobudur staat een oude Boedistische tempel en daar vandaan heb je prachtig uitzicht. We gingen er vlak voor zonsondergang heen en waren bijna gratis binnengekomen. Hoe we dat voor elkaar kregen was ons zelf ook een beetje een raadsel, maar we vonden het niet heel erg ;). Helaas kwam er toch nog iemand achter ons aangerent en moesten we het veel ste dure entree kaartje betalen. Maar goed, het uitzicht was prachtig! Helaas was het weer niet heel helder, maar als je goed keek kon je de Marapi vulkaan zien. Je zag rook uit de vulkaan komen. Hij staat momenteel dan ook op pruttelen om vuur te spuwen. We zijn flink wat rondjes om de tempel gelopen. De tempel had verschillende lagen. Borobudur was zeker een bezoekje waard.
Na Borobudur besloten we naar Salatiga te gaan. In Tentena hadden we gehoord dat Kiki, het vroegere beste vriendje van Meinte, nu in Salatiga studeerde. Het leek ons leuk om hem op te zoeken, tenslotte waren we daar in de buurt. Het werd een soort aflevering van het tv-programma 'Spoorloos'. Teneerste was Salatiga veel groter dan we hadden verwacht. Bij de universiteit aangekomen bleek dat we in een ander gebouw moesten zijn. We werden de weg gewezen en na een taxiritje en wat heen en weer lopen kwamen we bij de grotere versie van de universiteit aan. We werden door de rektor geholpen die wel een beetje moest lachen om het feit dat we hier een student zochten, want er zaten 12000 studenten op de universiteit. Samen met de rektor gingen we naar de administratie. Dan denk je dat iedereen geregistreerd moet zijn op zo'n universiteit, maar dit is Indonesie he, dus we proberen of Kiki in het bestand staat zei de rektor. Er kwam gelukkig wel iets uit. Met een adres van 6 jaar geleden gingen we de straat op. Al gauw wilde een vrouw ons de weg wijzen die zelf ook 3 keer de weg moest vragen. Men kwam er niet goed uit waar het nou moest zijn. En toen, opeens kwam er iemand bijstaan en die kon Kiki. Hij bracht ons naar Kiki. Gelukkig maar, want het adres klopte inderdaad niet, het was 2 huizen naast het adres wat we van de school hadden gekregen. Daar stonden we dan opeens voor de neus van Kiki. Kiki was erg overdonderd! En waar we bang voor waren was inderdaad zo... Kiki sprak bijna geen Engels! Gelukkig kon die vriend wel Engels en die vertaalde in het begin het een en ander. Later konden we toch best leuke gesprekken voeren door een beetje Engels, beetje Indonesisch ( o.a. met het woordenboekje erbij ;) ) en wat handen en voetenwerk. En zo was het toch heel leuk om Kiki te zien. Kiki vond het ook erg leuk. Later nam hij ons mee naar zijn zus Lydia waar nog meer herinneringen werden opgehaald (Lydia sprak iets beter Engels) en samen namen ze ons mee uiteten.
De volgende dag gingen we samen met Kiki, zijn vriendin Peggy en vrienden Jan en Cindy naar het zwembad. Het was smoorheet en het water in het zwembad was heerlijk koud! Dat kwam omdat het water uit de bergen kwam. Het was dan ook een appart zwembad. Het water stroomde constant over en er zwommen visjes in. Meinte en ik doken meteen het water in. De anderen bleven aan de kant zitten. Het bleek dat ze niet konden zwemmen... Na het zwembad namen ze ons mee uiteten bij een restaurant omringt door vijvers vol met vissen en aan de kant lagen allemaal hengels. Uiteraard aten we vis en ik heb zo het vermoeden dat die goed vers was! 'S avonds vertrokken we weer uit Salatiga, want we hadden nog maar een paar dagen in Indonesie en wilden nog heel graag de Bromo-vulkaan bezoeken. En zo werden we 's avonds door Kiki, Jan, Cindy, Lydia, haar man Robin en dochtertje Avryl uitgezwaaid. Hun gastvrijheid was geweldig!
Met een minibusje van Salatiga naar Surabaya was weer een avontuur. Het was donker en vooral een slingerweg, maar dat was voor de chauffeur geen reden om het wat langzamer en voorzichtiger aan te doen. Gelukkig waren ook deze keer de goden ons goed gezind! In Surabaya aangekomen was er geen touragency-bus naar de Bromo en omdat we gaar waren van de 8 uur durende rit uit Salatiga besloten we om sjiek te doen in plaats van de locale bus te nemen. We hadden ook een beetje als excuus dat we nog maar weinig tijd hadden, dus een uurtje later zaten we met onze eigen prive-chauffeur in de auto opweg naar de Bromo. In de middag kwamen we in Cemoro Lawang aan, het dorpje bij de Bromo. Na de lunch vertrokken we te voet naar de Bromo. Hoe dichter we bij de Bromo kwamen, hoe meer we beseften dat de witte massa boven de Bromo geen wolken waren, maar rook dat uit de vulkaan kwam! Je kon helemaal tot de rand van de krater klimmen waar de geur van rotte eieren je te gemoed kwam, maar het uitzicht was zo geweldig dat je de geur bijna (nou ja bijna...) vergat. Je kon het gat van de krater zien waar flink rook uit kwam. Je hoorde af en toe zelfs geborrel vanuit de krater!
Die avond gingen we vroeg slapen, want de volgende ochtend gingen we samen met een Frans stelletje om 4:00 uur 's ochtends op weg naar een uitkijkpunt (op 2780 meter hoogte) over het vulkaanlandschap. Rond 5:00 uur kwam er een prachtige oranje gloed in de lucht en al snel werd de Bromo zichtbaar. Ook een andere vulkaan begon te roken. Het was echt een prachtig gezicht zo bij zonsopkomst. Even later zijn we nog een keer naar de Bromo geweest. Ja die Bromo maakt veel indruk, daar krijg je niet gauw genoeg van!
Maar goed, hierna moesten we wel weer terug naar Surabaya, want ons Indonesische visum was bijna afgelopen en ons vliegtuig wachtte. Onze prive-chauffeur bracht ons terug. Onderweg zijn we nog langs een super mooie waterval geweest. Je moest er met een paraplu rondlopen en door het water en de zon had je een cirkel van de regenboog om je heen! Dat was een geweldige afsluiter van onze trip in Indonesie.
En dan nu weer terug in Kuala Lumpur. Vanuit hier zullen we langzaam aan richting Bangkok gaan, want ja, over een paar weekje is het voorbij. Nog eventjes maar niet aan denken en nog genieten!
Op Jakarta Soekarno Hatta airport hebben we een rendevu met mijn ouders, Jaap en Sietske hadden we al in Jakarta zelf ontmoet en we bereiden ons nu voor op de vlucht naar Palu via Makasar (Ujung Pandang)
Bij het opstijgen vanuit Jakarta blijkt hoeveel smog er ook eigenlijk in de lucht hangt.
Vlaak voor het landen en Ujung Pandang zien we veel eilanden onder ons langs.
De volgende dag vertrekken we vanaf Palu in 2 auto's richting Tentena. De rit zou zo'n 8 uur duren.
Tentena! Het water is de rivier die vanuit Donau Poso (Posomeer) naar de zee stroomt. Verderop de oude(nederlandse) houten brug.
Als eerste soort reunie gaan we naar de school waar m'n vader destijds lesgaf.
En hier word het geheel vastgelegd, door ons met onze fototoestelletjes en door Jaap al filmend.
Sietske komt op die school ook Nona tegen, haar vroegere vriendinnetje (die nu toevallig op diezelfde school studente is)
Al snel trekken we de aandacht van hordes leerlingen.
Na de school gaan we op bezoek bij ibu Langkamoeda, de moeder van Nona(en Kiki, Lydia en Yunda)
Bij het huis van de Langkamoeda's nog herrineringen ophalen met het fotoalbum.
Onderweg kom je veel toko's tegen die benzine verkopen, erg handig als je op een scootertje zit(zoals later het geval zou zijn).
Op de markt hebben de kids veel lol(om ons?).
En wat ouehoeren in Bahasa met de mensen op de markt.
Bij het kantoor van de GKST, waar m'n vader vroeger voor werkte.
Bij het oude grasveldje waar we vroeger voetbalden.
Helemaal achter bij priegelige straatjes.
Onderweg om ons oude huis even te zien. Dit is de hoofdstraat, eigenlijk is heel Tentena deze straat, met wat zijstraatjes er aan vast.
Ons oude huis. Later mochten we ook binnen kijken toen we uitgenodigd werden voor het eten.
Er word veel kruidnagel verbouwd en gedroogd in Tentena en het hele dorp ruikt er naar.
Bij Yunda op bezoek. Ook een vroeger vriendinnetje van Sietske en de zus van Nona.
Overal worden we uitgenodigd en overal krijgen we lekker eten. De smaak van het eten is wel iets wat je nooit vergeet dus sommige koekjes en ander eten herriner je ineens heel goed.
Leo (oude vriendje van Jaap) komt langs vanuit Tomata om een bezoekje te brengen.
Later gaan we eten bij de familie van Leo.
En nog wat foto's van vroeger te bekijken.
Ramon was hier ook al van de partij.
1 dag lang gaan we de omgeving verkennen. Eerst een mooi strandje met heel herder water aan het Posomeer.
En daarna naar een hele mooie waterval met veel niveau's dichtbij Tentena.
De dag daarna gingen we op de scooter weg. Nou had het wat geregend dus waren sommige stukken een beetje beblubberd.
Al cruisend komen we bij een bamboobrug die over de posorivier gaat. Als je de rivier volgt kom je bij de Sulewana waterval(waar we later ook nog heengingen) er is erg veel stroming.
Voor we nog een keer naar ons huis gaan, gaan we eerst met z'n allen eten. Jaap is de enige die zijn scooter nog heeft, dus hij rijd iedereen heen en weer naar het restaurantje.
Dit restaurantje dus, bij de Poso rivier.
Hier bij ons huis. We hebben precies zo'n foto waar we allemaal zo staan, maar dan toen we dus allemaal een stuk jonger waren(zo'n 18 jaar geleden).
En dan is het alweer zover en verlaten we voor het laatst ons oude huisje.
De oude houten brug over de Poso rivier.
Huisjes langs de rivier.
Nog een laatste blik bij het Posomeer.
Om vervolgens in een busje richting Napu te gaan, onderdeel van het Lore Lindu park en erg mooi en anders dan wat we gewend waren van Sulawesi en Indonesie.
Eerste blik over de omgeving. Het is er zo rond de 1700m hoog dus een stuk koeler en heel heuvelachtig en een kale omgeving wat het geheel wel een bijzondere uitstraling geeft.
Bij 1 van de monumenten worden offers neergelegd. De omgeving is ook wel bekend om de oude beelden en monumentjes die her en der verspreid zijn. Van de beeldjes weet niemand hoe ze daar zijn terechtgekomen en hoe oud ze precies zijn.
Dit monument dus.
Dit is bij de boerderij van Pappa Janna en Mamma Janna, hier zouden Sietske Ramon en Jaap later die avond overnachten.
Het pad van de boerderij naar het dorp.
Bij het dorp aangekomen gaan we een wandeltocht doen naar een paar beeldjes die in de omgeving staan. De kids zijn erg nieuwsgierig, want de laatste tourist die hier kwam was 10 jaar geleden.
Onderweg blijkt het pad omringd te zijn met hoog gras.
De volgende dag in Napu zijn de mensen erg nieuwsgierig naar ons en ons witte huidje.
1 van de beeldjes die we tijdens onze wandeltocht gespot hebben.
Laatste keer gezamenlijk eten, hier in Palu aan de Gado-Gado (groentes, tofu,ei en kroepoek met een gulle laag satesaus).
En dan zijn we al weer onderweg naar Bali. Jaap,Sietske en Ramon zijn in Jakarta om de vlucht terug naar Nederland te pakken, Ik, Melissa, Pappa en Mamma gaan nog even naar Bali.
Om van het strand te genieten dus.
Savonds is een deel van de zee verlicht door een felle lamp waar mensen aan het vissen zijn.
Heel Bali is bezaaid met offertjes om de goden gunstig te stemmen. Je ziet ze vaak bij ingangen van restaurants en winkeltjes maar ook bij rotondes en dergelijke, soms struikel je er ook wel eens over (schaam schaam)
Uitzicht over het strand bij Kota, waar overal surfboards worden verhuurd.
De zonsondergangen zijn erg plesant op Bali.
Op 1 dag huren we een auto waar we het binnenland mee verkennen, hier de berg die we ook al vanuit het vliegtuig zagen(zie eerdere foto).
Bij de sawa's dichtbij een heilige shrine.
Verderop zie je de heilige gebouwen. Hier voor een man die zijn eenden uit de sawa's probeert te jagen.
We zaten zelf bij Legian en dat is iets rustiger dan Kota, wel zo fijn.
Hoge golven ook.
Laatste zonsondergang op bali. Hierna richting Yogja.
In Yogja aangekomen, eerst wat rondverkennen in een becak(fietsriksjaw/taxi)
Sultan's zwemparadijs.
Veel Batik in Yogja, daar is de stad ook wel een beetje bekend om.
Saampjes in de Becak.
Bij Kraton, de verblijfplaats van de Sultan, hier klassieke instrumenten die vaak bespeeld worden, maar in dit geval niet vanwege Ramadhan.
Na Yogja richting Borobudur! Met de veels te dure kaartjes mochten we toch naar binnen.
De onderste plateaus van de borobudur.
Hier de bovenkant met de kleine stupa's waar de Borobudur zo bekend om is.
Veel Budha's hebben geen hoofd meer, ik weet niet precies waarom.
En langzaam gaat de zon onder.
Tussen deze 2 stupa's kun je de Merapi (een zeer actieve vulkaan) zien als je goed kijkt.
Onderweg naar Salatiga om Kiki te zien (mijn oude vriendje en ook van de familie Langkamoeda). De omgeving is erg mooi.
Na wat Derek achtige manouvres vinden we eindelijk waar Kiki woont. Na de nodige verassingsschok komen we toch wat aan de praat in wat onhandig engels en nog onhandiger indonesisch.
Dan gaan we op bezoek bij zijn zus Lydia, die daar ook in de buurt woont.
Straatbeeld Salatiga. Grote stad.
De dag erna gaan we zwemmen en neem ik een verkoelend plonsje.
Afscheidsfoto. Iedereen kwam even langs voordat de bus kwam. De bus was wel zo 2 uur te laat (ipv 9 uur rond 11 uur), dus iedereen was goed moe op het eind :) Was erg tof en ook erg schattig dat ze allemaal op mijn bus bleven wachten.
De bus brengt ons naar Surabaya waar we uitgeput besluiten om de quick and easy way te doen richting de Bromo. Het bezoek naar de Bromo was geen vergissing; Erg mooi bizar maanlandschap. De Bromo is de lage rokende vulkaan die je ziet. Deze staan samen met 2 andere vulkanen in een nog grotere krater van een oude vulkaan. Deze krater is in principe waar je dan in staat en waardoor het geheel zo een bizarre uitstraling heeft.
De Bromo!
Dit is onderweg naar de top van de Bromo, terugkijkend op het bizarre landschap.
Nog een paar treden en dan sta je op de riggel van de Bromo.
Ziehier.
Dit is de krater zelf waarvan je vanaf de riggel goed uitzicht op hebt.
Het stinkt er erg, en met onze gevoelige kinkhoestlongetjes zijn we extra gevoelig voor de rotte eieren lucht.
Je kunt een redelijk stuk rondom de richel lopen, alhoewel er helemaal omheen niet kan.
De volgende dag er vroeg uit om naar het uitzichtspunt te gaan, hier dus. Langzaam zie je de zon op gaan en met je 3 laagjes heb je het zo koud dat je toch maar dat jasje van een verkopertje huurt.
Het is er wel erg druk, maar och.
Vooraan de 2de vulkaan die niet actief is, linksachter daar van de rokende bromo en helemaal achteraan de hoogste berg en vulkaan van Java. Allemaal staan dus in diezelfde oude krater van een vulkaan uit de prehistorie(die moet dus wel erg groot zijn geweest).
Naarmate de tijd verder tikt word het lichter en begint ook de achterste vulkaan te roken (die schijnt dit om het half uur te doen)
En heftig dat ie rookt!
Eenmaal uitgekeken gaan we in de jeep terug richting de Bromo zelf. We gaan m dus nog een keer bekijken, maar zijn wel gelukkig dat we de dag eerder ook waren gegaan, want toen was er niemand en nu zijn er meer dan 100 mensen (in de ochtend is het populairste tijdstip)
We gaan nu wat hoger langs de riggel, wat soms wel wat eng is, vooral met die stinkende rook die af en toe in je longen komt wanneer de wind net verandert.
Laatste blik op de Bromo.
En dit is het landschap als je teruggaat richting Surabaja, maar we zouden eerst nog naar een waterval gaan.
Deze dus. Erg mooi! Het is meer een soort waterval die in meerdere watervalletjes word gesplitst.