Myanma travels
Zo beste mensen, dat was Myanmar (of Burma, of Birma, of Myanma) alweer! Een heel tof land, waar een maand echt voorbijvliegt en we tijd tekort kwamen. Het was de derde van Juni dat we op het vliegtuig in Bangkok richting de hoofdstad, Yangon(of Rangoon) vlogen.
Oversteken via land kan wel, via het noorden van Thailand of het zuiden, grap is wel dat je zodra je over de grens bent alsnog het vliegtuig kunt pakken, aangezien het gebied waar je dan bent niet toegestaan is voor toeristen(afgezien van de plek aan de grens). Dit soort regeringsgrapjes kom je constant tegen en daardoor, samen met lange reistijden en een kort visum, volgen de meeste touristen het 'klassieke' rondje; Yangon-Inle Lake-Mandalay-Bagan. Deze klassieker hebben wij ook gevolgd, behalve dat we in Mandalay een uitstapje deden naar Katha, dit mede om de grote rivier de Ayerawaddy te kunnen bevaren, terug richting Mandalay. Enfin, eerst Yangoon.
Yangoon was onze eerste indruk van Myanmar en zowaar; We waren terug in India! Myanmar dachten we, dat is India, zonder hassle. Prima dus (ookal is van dat India, das eigenlijk alleen Yangoon, op de 1 of andere manier zitten hier gewoon heel veel Indiers). In de hoofdstad een beetje rondgebanjerd, plannen gemaakt, heeeeel lekker gegeten. Een jongen in het hotel gesproken die vol lof was over de trekking van Kalaw naar Inle, dus hey, waarom niet naar Kalaw. Na Yangoon dus, nog wel ff een dagje blijven om de Shwedagon pagoda te zien; Het symbool van Myanmar zo'n beetje en erg mooi en erg goud ook :).
Kalaw is 18 uur bussen vanaf Yangoon; een rustig plaatsje tussen de heuvels en een populair startpunt voor verschillende trekkings. We kwamen rond 4 uur sochtends aan, geen idee wat te doen. Bleek er een vriendelijk vrouwtje te wachten die ons wel naar een guesthouse wilde brengen. Nu zou je normaal gesproken elk ontvangst standaard afwijzen, maar dat was zo'n vriendelijk persoon. Maar inderdaad; Ze had een man die trekking guide was en of we daar niet langs wilde komen als we wilden trekken: Maar natuurlijk wilden we dat wel, maar dan de volgende dag, eerst even slapen.
En zo was het dat we de volgende dag een trekking regelden; 5 dagen in totaal, 2 om de omgeving te verkennen en dan meteen door naar Inle lake. Na onze heerlijke lunch (het eten hier, erg lekker) beetje rondgewandeld. Veel mensen zijn heel vriendelijk en allemaal erg nieuwsgierig; Een beetje met een gelukzalig gevoel liepen we rond toen er een man ineens zomaar bruusk op ons af kwam en vroeg waar we heen gingen; beetje vreemd was het(het was een standaard vraag hoor, maar de houding van de man etc.). Toen we daarna ook allebei het gevoel hadden dat wat mannetjes ons volgden... Misschien heeft het iets te maken dat de asfaltweg uit Kalaw ook verboden is voor touristen. Ook het feit dat overal waar je gaat eten, in Kalaw tenminste, er een mannetje op een scooter kwam om naar binnen te gaan, iets te regelen en meteen weer wegging. Misschien was het elke keer wel niets, maar vreemd was het af en toe wel.
Trekking
Maar uiteindelijk waren we natuurlijk in Kalaw voor 1 ding; Trekking! En dat was precies wat we die volgende dag gingen doen. Het scenario was als volgt; Jimmy Shwe, onze ervaren gids had al 2 mensen voor een trekking, maar aangezien die 2 dagen overlapte met onze trekking konden we mooi als groepje gaan, de laatste 3 dagen zouden we geleid worden door het jonge (16 jaar) nichtje van Jimmy, maar die had de trek al eerder gedaan, dus geen probleem. De andere 2 mensen, Jo en Rita kwamen ook uit Nederland, dus dat was mooi toeval(alhoewel, hollanders kom je werkelijk overal tegen).
De trek bestond vooral uit het wandelen van heuveldorpjes naar heuveldorpjes, tussen de heuvels(jaja). Mooi landschap en ook hele vriendelijke mensen. Ik was eerst een beetje huiverig voor het dorpjesbezoeken, omdat je toch vooral als de zoveelste tourist de deur komt platlopen bij mensen die daar misschien helemaal geen zin in hebben. Maar het ontvangst was altijd wel heel leuk en erg vriendelijk. Zelfs de kinderen waren niet te irritant :) (india/nepal is het vaak toch een 'pleaaase, schoolpen/bonbon/onerupee' rondje). We hadden op de trekking ook een burmees taalboekje mee(was in het hele land superhandig trouwens), en ik probeerde zo nu en dan wat woordjes. Helaas heeft bijna elk klein stukje land zijn eigen taal (Myanmar kent 120 verschillende talen die elk heel erg verschillen), dus erg ver kwam ik niet. Gelukkig kun je veel mensen al hard laten lachen door ze een foto van zichzelf te laten zien op het beeldschermpje van het fototoestel.
De eerste nacht sliepen we op een viewpoint, op een topje van een heuvel met erg mooi uitzicht. De eigenaar was Nepalees, dus lekker Nepalees gegeten(Dal Bhat, jawel, we begonnen het al een beetje te missen :)). In Myanmar zitten, naast Indiers, ook best wat Nepalezen. Dit komt omdat de Britten destijds(en nog steeds trouwens) veel mensen voor het leger uit Nepal haalden (mensen die 3 koelkasten over de Himalayas kunnen tillen, komen best leuk van pas als militair), en aangezien Myanmar vroeger van de Britten was(toen nog bij India hoorde) waren er veel Gurkha's(de britse eenheid bestaande uit Nepalezen) gestationeerd in Myanmar. De kids en kleinkids zijn gebleven en veel werken er in de touristen industrie.
Het verblijf was trouwens erg primitief; Geen stromend water of electriciteit en als toilet een hokje en een gat in de grond, dit bleek voor de rest van de trekking overigens een beetje de standaard te zijn. De periode waarin we de trekking deden was overigens redelijk midden in de monsoon, de 2de dag was dan ook redelijk zwaar aangezien we elke keer onze voeten uit de blubber moesten trekken. Uiteindelijk kwamen we toch heel aan in een heel schattig plaatsje, midden tussen de rijstvelden. Ook die avond was het met kaarslicht eten, maar eigenlijk heel gezellig en we hadden onze eigen kok mee, dus het eten was heel erg lekker.
De laatste 3 dagen gingen Jo en Rita weer terug naar Kalaw, samen met Jimmy en bleven wij met ons gidsje (Khaing Khaing) en de kok over. Het dorp waar we die dag terechtkwamen was misschien wel het leukst;Misschien ook omdat we rond 12 uur smiddags aankwamen en daarna niet meer gingen lopen, we waren redelijk bekaf. Maar dit had ook als gevolg dat we de rest van de dag meer het dorp konden verkennen. Onze gastheer was ook heel tof; Oud mannetje van in de 60, maar heel kwiek en heel trots op zijn mooi verbouwde land(en ik moet zeggen, hij verbouwde een hoop). Hij deed ook veel moeite om een beetje te babbelen en kon aardig engels.
In datzelfde dorp zijn we ook naar de lokale school gegaan(verschillende schooltjes bezocht op de trekking) en wat met de lerares gebabbeld. Was wel grappig, was echt het hoofd van de school en vertelde hoe ze 12 jaar geleden meegeholpen had met de school te bouwen(brede functieomschrijving ;)), maar ook verhalen over het land en de problemen, of eigenlijk het probleem; de regering. Wel triest om te horen aangezien je zelf ook ziet hoeveel potentie het land eigenlijk heeft; Veel vruchtbaar land, 1 van de grootste olievelden in azie (rara waarom sommige landen,o.m. India en China, geen handelsembargo willen) en waarschijnlijk 1 van de landen met hoogste tourisme potentie in azie, een eilandengroep waar je u tegen zegt, de Himalayas, onzettend veel cultuur en nog meer tempels.
De trekking was alweer bijna ten einde. De 1 na laatste dag gingen we overnachten in een buddhistisch klooster. Erg leuk en een bijzondere ervaring. Kloosters en hun omgeving stralen altijd een soort rust uit, vaak ook omdat ze de tuinen volplempen met Banyan bomen, grote schaduwrijke knisperend-in-de-wind bomen. Vaak zijn de kleine monniken(novice monks) wel heel schuchter; Maar een spaanse had daar een mooie oplossing voor: 1 ballon. Haar truuk was om samen met mij in de tuin met een ballon te spelen; En inderdaad, binnen no time stonden we met verschillende monnik en monnikjes met een ballon te spelen, waardoor we toch een beetje contact hadden, niet dat de monnikjes de hele dag huiverend naar die vreemde witte mensen aan het kijken zijn. De zon ging net onder dus stiekem heel touristisch wat kiekjes geschoten.
Na het eten lekker geslapen en daarna was het bijna zover; Nog even een paar uur naar het beroemde Inle meer lopen, afscheid nemen en lekker slapen op een matras.
Inle Lake
Toegegeven; Rond Inle zijn we niet heel lang gebleven. Wat veel mensen doen, een dagje op een boot rond het meer de plekken bezoeken hebben we niet eens gedaan (schaam schaam). Dit was omdat we het gevoel hadden het meer al goed hadden gezien op de 2 uur durende boottocht vanaf het zuiderpunt van het meer(waar we aankwamen vanuit de trek) en omdat we al een beetje de kriebels hadden dat we misschien wel ietsie pietsie in tijdsnood konden komen(25 dagen in Myanma is best kort).. We hebben nog wel even een fietstochtje gemaakt, waar we tegen wat grotten aanstuiten, waar monniken in leefden. Even met mijn taalboekje wat conversatie proberen te maken (erg moeilijk); Maar toch achtergekomen dat zijn buddhistische dier de tijger is(net als ik, afhankelijk van de dag waar je geboren bent) en dat er nog meer grotten waren en dat zijn naam ook was afgeleid van de dag waarop hij geboren was; Oke, het duurde wel een half uur voor ik achter deze feitjes was, maar had toch het gevoel iets closer te worden met de taal.
Mandalay
Na Inle zijn we gaan bussen naar Mandalay. Mandalay was ooit de hoofdstad van Burma, maar die hoofdstad word elke keer verplaats; Zo ook nu! Hier kwamen we pas laat achter, maar de hoofdstad is Yangon helemaal niet. De hoofdstad is wederom verplaatst; Dit keer naar 1 of ander nietszeggend dorp waar ook nog helemaal niets is. De regering heeft alle ambassades verzocht om ook naar deze nieuwe hoofdstad te gaan; Wat vooral de amerikanen leuk vinden, die zijn halverwege de bouw van hun nieuwe ambassade in Yangon. Mandalay zelf vond ik niet zo'n bijzondere stad, een beetje suf, erg heet en erg stoffig en zanderig, wel weer heel lekker eten, maar dat was het dan ook. Als enige ding hebben we de Mandalay hill bezocht; Een heuvel die de stad overziet. Hier hebben we nog een hele tijd met een monnik en een andere man geouehoerd. Vooral over de misstanden in het land. Als er dan ineens 1 of ander mannetje voorbij liep werd het onderwerp snel door de monnik veranderd (so, which country did you visit), om daarna weer over 'the lady' (nobelprijs winares Aung san suu kyi) te praten en de boekjes van haar en haar man die hij had gekregen van een tourist(dit soort boeken zijn over het algemeen redelijk verboden). Als je verder de verhalen hoort over de gevangenissen(waar zijn monnik/leraar ook vastzat) en de regering die alle post in en uit openmaakt of gedoneerde medicijnen / ziekenuisapparatuur inneemt om geld mee te verdienen dan word je ook niet vrolijk. Alhoewel je niet heel lang in een land zit, toch zie je langzaamaan toch een beetje van de misstanden die plaatsvinden en dat gaf het hele touristisch bezoekje van ons toch een beetje een dubbele kant.
Katha
De volgende dag gingen we alweer richting het noorden. Om een boottocht terug te kunnen maken op de grote Irrawaddy rivier en om Katha bezoeken. Eigenlijk was het plan om naar Katha te gaan en dan de boottoch terug naar Mandalay te doen; dit ging echter niet helemaal goed. De rit zou oorspronkelijk 13 uur duren om in Katha te komen, in werkelijkheid duurde het 27 uur en kwamen we in Bhamo uit... Toen we 2 uur smiddags de trein namen vanuit Mandalay name, kwamen we omstreeks 4 uur sochtends in Nada aan, het treinstationetje dichtbij Katha. Vanuit hier snel in de bus gestapt naar Katha om na een uurtje hobbelen in het rustieke Katha aan te komen(waar toevalligerwijs George Orwell, auteur van 1984 en Animal Farm een hele tijd heeft gespendeerd om Burmese days over die periode en die plek te schrijven). Lopend richting het guesthouse vroegen we aan een tourist die thee aan het drinken was (midden in de nacht, was al vreemd) waar het guesthouse was. We zaten op de goede weg, maar volgens haar deed niemand open of wilden ze haar niet binnenlaten. Toen we even later hetzelfde ondervonden waren we redelijk flabergasted; 1 zat vol(of dat beweerde hij) en de anderen deden wel open, maar wilden ons gewoon niet binnenlaten... Vreemd. Teruggelopen kwamen we de touriste weer tegen en besloten met haar de zoektocht naar andere guesthouses, geholpen door wat fietriksja chauffers door te zetten. Dit bleek allemaal zonder resultaat en bleek zeer frustrerend. Achteraf denk ik dat die ene die vol zat wel touristen kon aannemen maar misschien wel echt vol zat, de andere guesthouses mochten denk ik geen touristen binnennemen(hebben ze speciaal permit / omkoperij voor nodig van de regering).
De touriste, Stefanie geheten, wist wel van een boot die om 9 uur (een paar uur later dus) naar Bhamo ging en dat leek ons wel een oke plan. De ticketverkoop voor deze boot was al helemaal een klein feest. Het was een hokje vol met mensen die allemaal heel erg schaapachtig begonnen te grinniken als je over de prijs begon. Wij wisten dat een ticket per persoon 5000 kyat koste, maar ze bleven maar 15000 kyat vragen. Het leuke is namelijk dat zei de enigste snelle manier hebben om touristen te vervoeren, de wegen rond Bhamo zijn off-limits voor touristen en een trein komt er ook niet, dus een handige monopolie. Afdingen ging dus erg moeizaam, maar toch een paar 1000 kyat af kunnen dingen. De boottocht was wel aardig, maar we waren heeel erg gaar en wisten dat we toch uiteindelijk het zelfde stuk terug zouden doen met een andere boot, dus vooral geprobeerd te slapen.. 8 uur later kwamen we aan in Bhamo en tegen 6en in de avond konden we eindelijk onze tas in de kamer neer laten ploffen... Die avond hebben we iets van 15 uur lang geslapen, was wel nodig :).
Bhamo
Bhamo was een leuk dorpje aan de rivier met een grote markt. En dat was het ook eigenlijk wel. Er was niet veel te doen, een beetje rondslenteren langs de rivier, een beetje eten, wat rondritjes doen op een paard en wagen en vooral veel rusten. Toch vond ik Bhamo best schattig en toch leuk het gevoel te hebben helemaal in the middle of nowhere te zijn. Een paar dagen later gingen we weer, met de boot, terug naar Mandalay. De boot zou vrijdag om 6 uur sochtends vertrekken en zaterdag 6 uur savonds aankomen. De kaartjes hiervoor kopen was wederom erg grappig. Dit was een government boot, dus de prijs stond redelijk vast; Alleen toen ik de 18 dollar met een 20 dollar biljet wilde betalen ging het mis; Midden op het biljet was een soort streepje ontstaan door het vouwen of iets. Kon de ambtenaar niet aannemen. Dit biljet had ik van zo'n zelfde official van het treinstation gehad, maar dat kon hem niets schelen. Oke oke, nou dit 50 dollar biljet dan. Konden ze niet accepteren, geen kleingeld. Hmmm. Nou birmees geld hadden we ook. Nee,nee Birmees geld accepteren ze niet in Birma. AAAAARGHGH. Suffe idioten. Nou ja, dan maar een stuk teruglopen naar het hotel om daar briefjes te wisselen. Gelukkig hadden ze daar wisselgeld, anders was het nog een lang verblijf geworden in Bhamo (de boot is daar voor touristen de enige manier om weg te komen).
De boot
Op de boot zaten Stefanie, het Zwitserse meisje wat we al kenden, Fabian een Oostenrijker en Chris de engelsman. Chris zag er goed belabberd uit, donkere wallen, rode ogen. Bleek dat ie op diezelfde boot al 3 dagen zat vanuit Mandalay(stroomopwaarts, dus duurt langer). Toen hij in Bhamo aankwam, kwam hij erachter dat er maar 1 manier was om terug te gaan; Via diezelfde boot. Die zou 1 dag in Bhamo blijven om daarna terug te gaan, dus uiteindelijk zou hij bijna 5 dagen achter elkaar op die boot zitten. We hadden overigens matjes en kussens gekocht, want we hadden een ticket op het deck(een deckticket is voor touristen 9 dollar, dit is het equivalent wat Birmesen op diezelfde boot moeten betalen voor 2 cabine plaatsen, lekker toch). Een ticket op het deck betekent dat je een halve vierkante meter voor jezelf hebt waar je je matje op legt en waar je de hele dag en nacht op zit. Maar uiteindelijk viel het allemaal best mee en was het een leuke rit. Vooral een beetje gegeten (eten kopen op plekken waar ie tussendoor stopte of op de boot zelf) een beetje geouehoerd, wat gelezen, etc. Chris en Stefanie waren allebei ook al in India geweest, dus dat gaf weer genoeg gesprekstof, Fabian had het vooral over zijn liefde voor Falko (Oostenrijkse zanger, rock me amadeus, etc.). Toen de avond inviel begon het heel erg te stormen en toen het echt donker was hield de boot op met varen (blijkbaar varen ze niet in het donker). Op zich best goed geslapen, we af en toe wakker geworden van vlagen harde regen wat de boot inwaaide (boven het dek zat nog een verdieping, maar de zijkanten waren open). Gelukkig hadden we 2 paraplus, dus zo gepositioneerd dat we redelijk droog bleven. De volgende dag was meer van hetzelfde, maar ging zo voorbij. Al met al een erg leuke ervaring, wat we niet snel meer mee zullen maken, zo overnachten op een dek is zowiezo iets wat je niet snel vergeet.
Bagan
Aangekomen in Mandalay wilden we eigenlijk meteen de bus pakken naar Bagan, we waren nog redelijk fit(dachten we) en waarom ook niet. Helaas kon het reserveren niet meer, dus in een hotel gevraagd of we daar mochten douchen. Eenmaal opgefrist begonnen we toch redelijk de moeheid te voelen. Toch maar besloten een nachtje lekker te slapen, om de volgende dag meteen die kant op te gaan. Het was ook een lokaal busje, dus redelijk krap, maar voor 7 uur(uiteindelijk 10 uur) durende rit wel te doen.
Bagan zelf is een beetje wat Angkor Wat is voor Cambodja, maar dan anders. Binnen een gebied ter grote van euhm een paar vierkante kilometer staan meer dan 3000 tempels. Erg indrukwekkend. Het leukste aan zoveel tempels is dat er zoveel tempels zijn. Zo heb je bijvoorbeeld 10 tempels die heel mooi zijn en erg bekend; Daar gaat iedereen naartoe. De overige 2990 tempels kun je zelf opzoeken en in je eentje verkennen als een soort Indiana Jones, erg tof dus. De eerste dag hebben we een fiets gehuurd en voor de eerste keer van ons lunchboxje gebruik gemaakt. Een typisch Aziatisch lunchboxje zijn 2 of meer cilindervormige bakjes op elkaar gestapeld, van aluminium. Wij hadden bij een restaurantje 1 bakje met groentes laten vullen, 1 met rijst en 1 met chicken curry. Na wat tempels bekeken te hebben en door de bijna woestijnachtige omgeving te hebben gefietst, was het bijna 12 uur en werd het werkelijk bloedje heet. We hebben een mooie afgelegen tempel opgezocht en daarbinnen, lekker koel, ons lunchpakketje opgesmikkeld onder het toeziend oog van een 6 meter hoge buddha (ik hoop dat ie t ok vond). Later hebben we met een zaklampje de rest van de tempel onderzocht waar het pikkedonker was en een trappetje ontdekt. En zo kwamen we uit op het dak van de tempel en hadden we een mooi uitzicht. Hierna weer wat rondgefietst en bij een klooster uitgekomen waar we weer leuk werden ontvangen. Na wat fotoos, thee slurpen en suikerblokjes eten in het klooster(en netjes een donatie doen) zijn we verder gegaan met het plan de wat bekendere tempels te zien. Helaas werd Melissa wat onwel, misschien door de hitte of door wat eten wat niet goed viel. Hierop zijn we terug naar het hotel gegaan, daar is Melissa gebleven. Ik ben nog wat rond gaan fietsen. Een beetje op zoek naar die ene tempel vanwaar ik de zonsondergang goed kon zien. Uiteindelijk via wat verdwaalroutes en wat slepen met de fiets over velden uitgkomen bij een half begroeide tempel, perfect dus, wel via doornstruiken door de ingang, en uiteindelijk in het pikkedonker, maar gelukkig mn zaklampje mee. Uiteindelijk het trappetje (veel tempels hebben een trappetje) gevonden en met wat geklim toch redelijk hoog gekomen. Bleken wel stukken half af te brokkelen, dus moest wel uitkijken waar ik me aan vast hield. Een tijdje gezeten, mooi uitzicht over al die tempelpunten die uitsteken terwijl de zon langzaam onderging. Helaas was de zonsondergang niet heel spectaculair, maar ja. Helaas werd het al wel donker dus was wel weer een beetje zoeken naar de weg terug, maar uiteindelijk toch gevonden. De volgende dag nog met melissa op een paard en wagen de andere grote tempels bezocht. En die middag was het al zover om de bus terug naar Yangon. (na dit punt hebben we overigens geen foto's omdat ik hier even niets meer kan uploaden..)
Yangon
In Yangon waren we een paar dagen voor onze vlucht terug, dit vooral om Bert en Sophea, nog te bezoeken, de oom en tante van Melissa, Melissa's oom zit daar omdat hij voor het rode kruis werkt en is daar onlangs gestationeerd(het rode kruis mag daar echter erg weinig van de regering, dus misschien gaan ze daar binnenkort weer weg). Erg interessant om te horen over het land vanuit het perspectief van Bert, die er toch wat langer zit en ook wat meer weet vanuit zijn werk voor het rode kruis. De avond voor vertrek zijn we ook met zijn allen uit eten gegaan. Lekker sjieke tent, was wel een keer leuk eigenlijk, zelfs een fles wijn erbij! Er zijn ook redelijk wat buitenlanders die in Myanmar werken dus de tent was goed gevuld met allemaal mensen vanuit de hele wereld, vooral ook amerikanen want die willen niet dan mensen van het land zelf hun ambassade bouwen(uit veiligheidsredenen of iets). Bert heeft verder ook best in veel andere landen gewerkt en dan krijg je zelf stiekem ook een beetje kriebels zo van, hmm, misschien interessant om zoiets ook te proberen. Maar misschien pas in Nederland zorgen over maken :)
Bangkok
Vanuit Yangon naar Bangkok gevlogen, weer terug in het oude vertrouwde nest. De volgende dag Nanno en Doenja opgehaald van het vliegveld die een paar weken vakantie in Thailand houden. Erg raar om vrienden te zien uit Nederland en wel heel tof eigenlijk. We hebbben ze gister wat van 'onze' stad laten zien en ook zelf weer wat nieuwe dingen gezien. Binnenkort, offuh misschien vanavond al, gaan we richting het zuiden, even op het strand liggen :)

Yangon, vanuit ons hotel. In de verte de shwedagon pagoda.

We werden verwelkomd door een eindeloze stroom regen. Sommige straten staan ook helemaal onder water.

Bij een meer in de buurt van Shwedagon. De boot op het water is een soort drijvend paleis met als voorkant iets wat lijkt op het hoofd van Donald Duck. Die boten zijn een beetje symbool van Myanmar, je ziet ze op veel logo's.

Bijna bij de Shwedagon.

Dit zijn de torentjes naast de Shwedagon. Linksonder zijn vrouwelijk monniken, die dragen altijd roze.

De shwedagon pagoda zelf.

Straatje Kalaw, hier regende het gelukkig al iets minder dan in Yangon. De monsoon komt uit het zuidwesten, dus Yangoon word in het begin het hardst getroffen.

Net begonnen aan de trekking, lekker weertje toen nog.

Laatste blik op Kalaw.

Boeren aan het werk op de heuvels.

Bruggetje op... Bruggetje af..

Jimmy onze gids verteld over de pot met het blauwe kannetje op de foto. Mensen die langskomen doneren daar water in en andere mensen die water nodig hebben nemen er een kannetje uit.

Mooi tussen de heuvels.

Kinderen zijn altijd erg geinteresseerd in de gemaakte fotos.

Ook word er veel tabak geproduceerd. Het stenen plateau wat je hier ziet word van onder verwarmd door brandend hout. Daarop liggen metalen schalen, waarop de tabaksbladeren liggen, daarop liggen weer de zakken met steentjes om het blad goed tegen de warme schaal aan te duwen voor het droogproces.

Onze kok aan het werk.

Stoer ventje :)

Meisjes aan het werk op een theeplantage.

Bijna bij het viewpoint.

Vanuit het viewpoint een mooi lichtshow zichtbaar.

Dinner by candlelight

Een koeienjongen.

Een typisch klaslokaal.

Met typische leerlingen :)



Naar ons gidsje Khaing Khaing waren ze ook altijd erg benieuwd, die kwam daar ook niet elke dag.

Op het treinstation.



Veel handel gedreven met de passagiers, mooi om te zien.

En enorm veel ladingen vervoerd.

Halverwege loop je tussen vele rijstvelden en in de blub over smalle rijstveld paadjes is best lastig.

Kinderslofjes in de modder.

Oudere mensen slofjes onder de modder

Rijstvelden.

Diner

Heel veel word nog met paard en wagen gedaan.

Door het dorp heen lopen en er groeit heel veel hier; kool,tomaten,wortels,tabak,thee,aardappel,mango,mandarijnen,ananas,ui,etc.etc.

De goede man probeert mij wat buddhisme bij te brengen. Zijn naam in het Birmees weet ik niet meer, maar in het Nederlands betekende het 'rollende steen'

'sAvonds nog wat schrijven en wat teuten.

Deel van het gezinnetje, rechts de rollende steen.

De douche van het dorp waar we dankbaar van gebruik hebben gemaakt (Met Longyi, een soort sarong badderen)

Het landschap daarna.

Melissa!

En wat andere mensen onderweg.

Het klooster waar we die avond zouden overnachten.

Balonneren met de novice.

En deze novice zette nog een mooi hoed op voor de foto, hierna ook wat kungfu bewegingen voor de foto :).

De spaanse laat wat foto's zien.

Nog even voor de foto.

Zonnebloem, we zijn hier vlak bij Inle.

In de verte zie je het meer al.

Nog even een kiekje van Khaing Khaing.

Dorpje op palen bij Inle.

Op het meer zelf.


Zonsondergang in Nyaung Shwe, het dorp bij Inle waar we verbleven.



Met deze pickup naar het busstation. Linksonder, die flessen met slangetjes eruit, dat is de benzinetank.

Mandalay Hill.




De grootste munteenheid in Kyat is 1000 Kyat, dat is zo'n 70 eurocent. Als je 100 dollar wisselt heb je dus best een leuk stapeltje :).

In de trein naar Nada, vanuit daar een uur naar Katha.


Op de boot naar Bhamo.

Straatbeeld Bhamo.

Markt Bhamo.

Haven Bhamo, je ziet ook de boot die we de volgende dag zouden nemen.

Zonsondergang over de Irrawady

Sochtends op de boot richting Mandalay, veel mist nog op het water.

En dit is ons stekkie, gezellig. Linksonder Chris, de engelsman.

Het dek onder ons met alle vracht.

De machinekamer kon je gewoon in en uit lopen, er stond zelfs een stoel waar je even lekker kon gaan zitten :).

En dat ben ik :)

Bootje in de verte

Terug in Mandalay, hier zie je sochtends vroeg de monnikken over straat gaan om hun eten te regelen(mensen geven dan eten weg als donatie)

Ik zie ik zie wat jij niet ziet en het is: Dirk Kuyt.

Bagan





Lekker eten in ons tempetje.

Hier ligt zomaar het hoofd van een Buddha.

Melissa op tempel, dit was ons lunchtempeltje.

Een monnik bij het klooster waar we op bezoek waren.

De bekendste en mooist bewaard gebleven tempel.

Mijn fietsje.

Zonsondergang over bagan.



Binnen in een grote tempel.

Straatbeeld Nyaung O, mensen met veel Tanakha.(de makeup/zonbescherming op het gezicht)
Oversteken via land kan wel, via het noorden van Thailand of het zuiden, grap is wel dat je zodra je over de grens bent alsnog het vliegtuig kunt pakken, aangezien het gebied waar je dan bent niet toegestaan is voor toeristen(afgezien van de plek aan de grens). Dit soort regeringsgrapjes kom je constant tegen en daardoor, samen met lange reistijden en een kort visum, volgen de meeste touristen het 'klassieke' rondje; Yangon-Inle Lake-Mandalay-Bagan. Deze klassieker hebben wij ook gevolgd, behalve dat we in Mandalay een uitstapje deden naar Katha, dit mede om de grote rivier de Ayerawaddy te kunnen bevaren, terug richting Mandalay. Enfin, eerst Yangoon.
Yangoon was onze eerste indruk van Myanmar en zowaar; We waren terug in India! Myanmar dachten we, dat is India, zonder hassle. Prima dus (ookal is van dat India, das eigenlijk alleen Yangoon, op de 1 of andere manier zitten hier gewoon heel veel Indiers). In de hoofdstad een beetje rondgebanjerd, plannen gemaakt, heeeeel lekker gegeten. Een jongen in het hotel gesproken die vol lof was over de trekking van Kalaw naar Inle, dus hey, waarom niet naar Kalaw. Na Yangoon dus, nog wel ff een dagje blijven om de Shwedagon pagoda te zien; Het symbool van Myanmar zo'n beetje en erg mooi en erg goud ook :).
Kalaw is 18 uur bussen vanaf Yangoon; een rustig plaatsje tussen de heuvels en een populair startpunt voor verschillende trekkings. We kwamen rond 4 uur sochtends aan, geen idee wat te doen. Bleek er een vriendelijk vrouwtje te wachten die ons wel naar een guesthouse wilde brengen. Nu zou je normaal gesproken elk ontvangst standaard afwijzen, maar dat was zo'n vriendelijk persoon. Maar inderdaad; Ze had een man die trekking guide was en of we daar niet langs wilde komen als we wilden trekken: Maar natuurlijk wilden we dat wel, maar dan de volgende dag, eerst even slapen.
En zo was het dat we de volgende dag een trekking regelden; 5 dagen in totaal, 2 om de omgeving te verkennen en dan meteen door naar Inle lake. Na onze heerlijke lunch (het eten hier, erg lekker) beetje rondgewandeld. Veel mensen zijn heel vriendelijk en allemaal erg nieuwsgierig; Een beetje met een gelukzalig gevoel liepen we rond toen er een man ineens zomaar bruusk op ons af kwam en vroeg waar we heen gingen; beetje vreemd was het(het was een standaard vraag hoor, maar de houding van de man etc.). Toen we daarna ook allebei het gevoel hadden dat wat mannetjes ons volgden... Misschien heeft het iets te maken dat de asfaltweg uit Kalaw ook verboden is voor touristen. Ook het feit dat overal waar je gaat eten, in Kalaw tenminste, er een mannetje op een scooter kwam om naar binnen te gaan, iets te regelen en meteen weer wegging. Misschien was het elke keer wel niets, maar vreemd was het af en toe wel.
Trekking
Maar uiteindelijk waren we natuurlijk in Kalaw voor 1 ding; Trekking! En dat was precies wat we die volgende dag gingen doen. Het scenario was als volgt; Jimmy Shwe, onze ervaren gids had al 2 mensen voor een trekking, maar aangezien die 2 dagen overlapte met onze trekking konden we mooi als groepje gaan, de laatste 3 dagen zouden we geleid worden door het jonge (16 jaar) nichtje van Jimmy, maar die had de trek al eerder gedaan, dus geen probleem. De andere 2 mensen, Jo en Rita kwamen ook uit Nederland, dus dat was mooi toeval(alhoewel, hollanders kom je werkelijk overal tegen).
De trek bestond vooral uit het wandelen van heuveldorpjes naar heuveldorpjes, tussen de heuvels(jaja). Mooi landschap en ook hele vriendelijke mensen. Ik was eerst een beetje huiverig voor het dorpjesbezoeken, omdat je toch vooral als de zoveelste tourist de deur komt platlopen bij mensen die daar misschien helemaal geen zin in hebben. Maar het ontvangst was altijd wel heel leuk en erg vriendelijk. Zelfs de kinderen waren niet te irritant :) (india/nepal is het vaak toch een 'pleaaase, schoolpen/bonbon/onerupee' rondje). We hadden op de trekking ook een burmees taalboekje mee(was in het hele land superhandig trouwens), en ik probeerde zo nu en dan wat woordjes. Helaas heeft bijna elk klein stukje land zijn eigen taal (Myanmar kent 120 verschillende talen die elk heel erg verschillen), dus erg ver kwam ik niet. Gelukkig kun je veel mensen al hard laten lachen door ze een foto van zichzelf te laten zien op het beeldschermpje van het fototoestel.
De eerste nacht sliepen we op een viewpoint, op een topje van een heuvel met erg mooi uitzicht. De eigenaar was Nepalees, dus lekker Nepalees gegeten(Dal Bhat, jawel, we begonnen het al een beetje te missen :)). In Myanmar zitten, naast Indiers, ook best wat Nepalezen. Dit komt omdat de Britten destijds(en nog steeds trouwens) veel mensen voor het leger uit Nepal haalden (mensen die 3 koelkasten over de Himalayas kunnen tillen, komen best leuk van pas als militair), en aangezien Myanmar vroeger van de Britten was(toen nog bij India hoorde) waren er veel Gurkha's(de britse eenheid bestaande uit Nepalezen) gestationeerd in Myanmar. De kids en kleinkids zijn gebleven en veel werken er in de touristen industrie.
Het verblijf was trouwens erg primitief; Geen stromend water of electriciteit en als toilet een hokje en een gat in de grond, dit bleek voor de rest van de trekking overigens een beetje de standaard te zijn. De periode waarin we de trekking deden was overigens redelijk midden in de monsoon, de 2de dag was dan ook redelijk zwaar aangezien we elke keer onze voeten uit de blubber moesten trekken. Uiteindelijk kwamen we toch heel aan in een heel schattig plaatsje, midden tussen de rijstvelden. Ook die avond was het met kaarslicht eten, maar eigenlijk heel gezellig en we hadden onze eigen kok mee, dus het eten was heel erg lekker.
De laatste 3 dagen gingen Jo en Rita weer terug naar Kalaw, samen met Jimmy en bleven wij met ons gidsje (Khaing Khaing) en de kok over. Het dorp waar we die dag terechtkwamen was misschien wel het leukst;Misschien ook omdat we rond 12 uur smiddags aankwamen en daarna niet meer gingen lopen, we waren redelijk bekaf. Maar dit had ook als gevolg dat we de rest van de dag meer het dorp konden verkennen. Onze gastheer was ook heel tof; Oud mannetje van in de 60, maar heel kwiek en heel trots op zijn mooi verbouwde land(en ik moet zeggen, hij verbouwde een hoop). Hij deed ook veel moeite om een beetje te babbelen en kon aardig engels.
In datzelfde dorp zijn we ook naar de lokale school gegaan(verschillende schooltjes bezocht op de trekking) en wat met de lerares gebabbeld. Was wel grappig, was echt het hoofd van de school en vertelde hoe ze 12 jaar geleden meegeholpen had met de school te bouwen(brede functieomschrijving ;)), maar ook verhalen over het land en de problemen, of eigenlijk het probleem; de regering. Wel triest om te horen aangezien je zelf ook ziet hoeveel potentie het land eigenlijk heeft; Veel vruchtbaar land, 1 van de grootste olievelden in azie (rara waarom sommige landen,o.m. India en China, geen handelsembargo willen) en waarschijnlijk 1 van de landen met hoogste tourisme potentie in azie, een eilandengroep waar je u tegen zegt, de Himalayas, onzettend veel cultuur en nog meer tempels.
De trekking was alweer bijna ten einde. De 1 na laatste dag gingen we overnachten in een buddhistisch klooster. Erg leuk en een bijzondere ervaring. Kloosters en hun omgeving stralen altijd een soort rust uit, vaak ook omdat ze de tuinen volplempen met Banyan bomen, grote schaduwrijke knisperend-in-de-wind bomen. Vaak zijn de kleine monniken(novice monks) wel heel schuchter; Maar een spaanse had daar een mooie oplossing voor: 1 ballon. Haar truuk was om samen met mij in de tuin met een ballon te spelen; En inderdaad, binnen no time stonden we met verschillende monnik en monnikjes met een ballon te spelen, waardoor we toch een beetje contact hadden, niet dat de monnikjes de hele dag huiverend naar die vreemde witte mensen aan het kijken zijn. De zon ging net onder dus stiekem heel touristisch wat kiekjes geschoten.
Na het eten lekker geslapen en daarna was het bijna zover; Nog even een paar uur naar het beroemde Inle meer lopen, afscheid nemen en lekker slapen op een matras.
Inle Lake
Toegegeven; Rond Inle zijn we niet heel lang gebleven. Wat veel mensen doen, een dagje op een boot rond het meer de plekken bezoeken hebben we niet eens gedaan (schaam schaam). Dit was omdat we het gevoel hadden het meer al goed hadden gezien op de 2 uur durende boottocht vanaf het zuiderpunt van het meer(waar we aankwamen vanuit de trek) en omdat we al een beetje de kriebels hadden dat we misschien wel ietsie pietsie in tijdsnood konden komen(25 dagen in Myanma is best kort).. We hebben nog wel even een fietstochtje gemaakt, waar we tegen wat grotten aanstuiten, waar monniken in leefden. Even met mijn taalboekje wat conversatie proberen te maken (erg moeilijk); Maar toch achtergekomen dat zijn buddhistische dier de tijger is(net als ik, afhankelijk van de dag waar je geboren bent) en dat er nog meer grotten waren en dat zijn naam ook was afgeleid van de dag waarop hij geboren was; Oke, het duurde wel een half uur voor ik achter deze feitjes was, maar had toch het gevoel iets closer te worden met de taal.
Mandalay
Na Inle zijn we gaan bussen naar Mandalay. Mandalay was ooit de hoofdstad van Burma, maar die hoofdstad word elke keer verplaats; Zo ook nu! Hier kwamen we pas laat achter, maar de hoofdstad is Yangon helemaal niet. De hoofdstad is wederom verplaatst; Dit keer naar 1 of ander nietszeggend dorp waar ook nog helemaal niets is. De regering heeft alle ambassades verzocht om ook naar deze nieuwe hoofdstad te gaan; Wat vooral de amerikanen leuk vinden, die zijn halverwege de bouw van hun nieuwe ambassade in Yangon. Mandalay zelf vond ik niet zo'n bijzondere stad, een beetje suf, erg heet en erg stoffig en zanderig, wel weer heel lekker eten, maar dat was het dan ook. Als enige ding hebben we de Mandalay hill bezocht; Een heuvel die de stad overziet. Hier hebben we nog een hele tijd met een monnik en een andere man geouehoerd. Vooral over de misstanden in het land. Als er dan ineens 1 of ander mannetje voorbij liep werd het onderwerp snel door de monnik veranderd (so, which country did you visit), om daarna weer over 'the lady' (nobelprijs winares Aung san suu kyi) te praten en de boekjes van haar en haar man die hij had gekregen van een tourist(dit soort boeken zijn over het algemeen redelijk verboden). Als je verder de verhalen hoort over de gevangenissen(waar zijn monnik/leraar ook vastzat) en de regering die alle post in en uit openmaakt of gedoneerde medicijnen / ziekenuisapparatuur inneemt om geld mee te verdienen dan word je ook niet vrolijk. Alhoewel je niet heel lang in een land zit, toch zie je langzaamaan toch een beetje van de misstanden die plaatsvinden en dat gaf het hele touristisch bezoekje van ons toch een beetje een dubbele kant.
Katha
De volgende dag gingen we alweer richting het noorden. Om een boottocht terug te kunnen maken op de grote Irrawaddy rivier en om Katha bezoeken. Eigenlijk was het plan om naar Katha te gaan en dan de boottoch terug naar Mandalay te doen; dit ging echter niet helemaal goed. De rit zou oorspronkelijk 13 uur duren om in Katha te komen, in werkelijkheid duurde het 27 uur en kwamen we in Bhamo uit... Toen we 2 uur smiddags de trein namen vanuit Mandalay name, kwamen we omstreeks 4 uur sochtends in Nada aan, het treinstationetje dichtbij Katha. Vanuit hier snel in de bus gestapt naar Katha om na een uurtje hobbelen in het rustieke Katha aan te komen(waar toevalligerwijs George Orwell, auteur van 1984 en Animal Farm een hele tijd heeft gespendeerd om Burmese days over die periode en die plek te schrijven). Lopend richting het guesthouse vroegen we aan een tourist die thee aan het drinken was (midden in de nacht, was al vreemd) waar het guesthouse was. We zaten op de goede weg, maar volgens haar deed niemand open of wilden ze haar niet binnenlaten. Toen we even later hetzelfde ondervonden waren we redelijk flabergasted; 1 zat vol(of dat beweerde hij) en de anderen deden wel open, maar wilden ons gewoon niet binnenlaten... Vreemd. Teruggelopen kwamen we de touriste weer tegen en besloten met haar de zoektocht naar andere guesthouses, geholpen door wat fietriksja chauffers door te zetten. Dit bleek allemaal zonder resultaat en bleek zeer frustrerend. Achteraf denk ik dat die ene die vol zat wel touristen kon aannemen maar misschien wel echt vol zat, de andere guesthouses mochten denk ik geen touristen binnennemen(hebben ze speciaal permit / omkoperij voor nodig van de regering).
De touriste, Stefanie geheten, wist wel van een boot die om 9 uur (een paar uur later dus) naar Bhamo ging en dat leek ons wel een oke plan. De ticketverkoop voor deze boot was al helemaal een klein feest. Het was een hokje vol met mensen die allemaal heel erg schaapachtig begonnen te grinniken als je over de prijs begon. Wij wisten dat een ticket per persoon 5000 kyat koste, maar ze bleven maar 15000 kyat vragen. Het leuke is namelijk dat zei de enigste snelle manier hebben om touristen te vervoeren, de wegen rond Bhamo zijn off-limits voor touristen en een trein komt er ook niet, dus een handige monopolie. Afdingen ging dus erg moeizaam, maar toch een paar 1000 kyat af kunnen dingen. De boottocht was wel aardig, maar we waren heeel erg gaar en wisten dat we toch uiteindelijk het zelfde stuk terug zouden doen met een andere boot, dus vooral geprobeerd te slapen.. 8 uur later kwamen we aan in Bhamo en tegen 6en in de avond konden we eindelijk onze tas in de kamer neer laten ploffen... Die avond hebben we iets van 15 uur lang geslapen, was wel nodig :).
Bhamo
Bhamo was een leuk dorpje aan de rivier met een grote markt. En dat was het ook eigenlijk wel. Er was niet veel te doen, een beetje rondslenteren langs de rivier, een beetje eten, wat rondritjes doen op een paard en wagen en vooral veel rusten. Toch vond ik Bhamo best schattig en toch leuk het gevoel te hebben helemaal in the middle of nowhere te zijn. Een paar dagen later gingen we weer, met de boot, terug naar Mandalay. De boot zou vrijdag om 6 uur sochtends vertrekken en zaterdag 6 uur savonds aankomen. De kaartjes hiervoor kopen was wederom erg grappig. Dit was een government boot, dus de prijs stond redelijk vast; Alleen toen ik de 18 dollar met een 20 dollar biljet wilde betalen ging het mis; Midden op het biljet was een soort streepje ontstaan door het vouwen of iets. Kon de ambtenaar niet aannemen. Dit biljet had ik van zo'n zelfde official van het treinstation gehad, maar dat kon hem niets schelen. Oke oke, nou dit 50 dollar biljet dan. Konden ze niet accepteren, geen kleingeld. Hmmm. Nou birmees geld hadden we ook. Nee,nee Birmees geld accepteren ze niet in Birma. AAAAARGHGH. Suffe idioten. Nou ja, dan maar een stuk teruglopen naar het hotel om daar briefjes te wisselen. Gelukkig hadden ze daar wisselgeld, anders was het nog een lang verblijf geworden in Bhamo (de boot is daar voor touristen de enige manier om weg te komen).
De boot
Op de boot zaten Stefanie, het Zwitserse meisje wat we al kenden, Fabian een Oostenrijker en Chris de engelsman. Chris zag er goed belabberd uit, donkere wallen, rode ogen. Bleek dat ie op diezelfde boot al 3 dagen zat vanuit Mandalay(stroomopwaarts, dus duurt langer). Toen hij in Bhamo aankwam, kwam hij erachter dat er maar 1 manier was om terug te gaan; Via diezelfde boot. Die zou 1 dag in Bhamo blijven om daarna terug te gaan, dus uiteindelijk zou hij bijna 5 dagen achter elkaar op die boot zitten. We hadden overigens matjes en kussens gekocht, want we hadden een ticket op het deck(een deckticket is voor touristen 9 dollar, dit is het equivalent wat Birmesen op diezelfde boot moeten betalen voor 2 cabine plaatsen, lekker toch). Een ticket op het deck betekent dat je een halve vierkante meter voor jezelf hebt waar je je matje op legt en waar je de hele dag en nacht op zit. Maar uiteindelijk viel het allemaal best mee en was het een leuke rit. Vooral een beetje gegeten (eten kopen op plekken waar ie tussendoor stopte of op de boot zelf) een beetje geouehoerd, wat gelezen, etc. Chris en Stefanie waren allebei ook al in India geweest, dus dat gaf weer genoeg gesprekstof, Fabian had het vooral over zijn liefde voor Falko (Oostenrijkse zanger, rock me amadeus, etc.). Toen de avond inviel begon het heel erg te stormen en toen het echt donker was hield de boot op met varen (blijkbaar varen ze niet in het donker). Op zich best goed geslapen, we af en toe wakker geworden van vlagen harde regen wat de boot inwaaide (boven het dek zat nog een verdieping, maar de zijkanten waren open). Gelukkig hadden we 2 paraplus, dus zo gepositioneerd dat we redelijk droog bleven. De volgende dag was meer van hetzelfde, maar ging zo voorbij. Al met al een erg leuke ervaring, wat we niet snel meer mee zullen maken, zo overnachten op een dek is zowiezo iets wat je niet snel vergeet.
Bagan
Aangekomen in Mandalay wilden we eigenlijk meteen de bus pakken naar Bagan, we waren nog redelijk fit(dachten we) en waarom ook niet. Helaas kon het reserveren niet meer, dus in een hotel gevraagd of we daar mochten douchen. Eenmaal opgefrist begonnen we toch redelijk de moeheid te voelen. Toch maar besloten een nachtje lekker te slapen, om de volgende dag meteen die kant op te gaan. Het was ook een lokaal busje, dus redelijk krap, maar voor 7 uur(uiteindelijk 10 uur) durende rit wel te doen.
Bagan zelf is een beetje wat Angkor Wat is voor Cambodja, maar dan anders. Binnen een gebied ter grote van euhm een paar vierkante kilometer staan meer dan 3000 tempels. Erg indrukwekkend. Het leukste aan zoveel tempels is dat er zoveel tempels zijn. Zo heb je bijvoorbeeld 10 tempels die heel mooi zijn en erg bekend; Daar gaat iedereen naartoe. De overige 2990 tempels kun je zelf opzoeken en in je eentje verkennen als een soort Indiana Jones, erg tof dus. De eerste dag hebben we een fiets gehuurd en voor de eerste keer van ons lunchboxje gebruik gemaakt. Een typisch Aziatisch lunchboxje zijn 2 of meer cilindervormige bakjes op elkaar gestapeld, van aluminium. Wij hadden bij een restaurantje 1 bakje met groentes laten vullen, 1 met rijst en 1 met chicken curry. Na wat tempels bekeken te hebben en door de bijna woestijnachtige omgeving te hebben gefietst, was het bijna 12 uur en werd het werkelijk bloedje heet. We hebben een mooie afgelegen tempel opgezocht en daarbinnen, lekker koel, ons lunchpakketje opgesmikkeld onder het toeziend oog van een 6 meter hoge buddha (ik hoop dat ie t ok vond). Later hebben we met een zaklampje de rest van de tempel onderzocht waar het pikkedonker was en een trappetje ontdekt. En zo kwamen we uit op het dak van de tempel en hadden we een mooi uitzicht. Hierna weer wat rondgefietst en bij een klooster uitgekomen waar we weer leuk werden ontvangen. Na wat fotoos, thee slurpen en suikerblokjes eten in het klooster(en netjes een donatie doen) zijn we verder gegaan met het plan de wat bekendere tempels te zien. Helaas werd Melissa wat onwel, misschien door de hitte of door wat eten wat niet goed viel. Hierop zijn we terug naar het hotel gegaan, daar is Melissa gebleven. Ik ben nog wat rond gaan fietsen. Een beetje op zoek naar die ene tempel vanwaar ik de zonsondergang goed kon zien. Uiteindelijk via wat verdwaalroutes en wat slepen met de fiets over velden uitgkomen bij een half begroeide tempel, perfect dus, wel via doornstruiken door de ingang, en uiteindelijk in het pikkedonker, maar gelukkig mn zaklampje mee. Uiteindelijk het trappetje (veel tempels hebben een trappetje) gevonden en met wat geklim toch redelijk hoog gekomen. Bleken wel stukken half af te brokkelen, dus moest wel uitkijken waar ik me aan vast hield. Een tijdje gezeten, mooi uitzicht over al die tempelpunten die uitsteken terwijl de zon langzaam onderging. Helaas was de zonsondergang niet heel spectaculair, maar ja. Helaas werd het al wel donker dus was wel weer een beetje zoeken naar de weg terug, maar uiteindelijk toch gevonden. De volgende dag nog met melissa op een paard en wagen de andere grote tempels bezocht. En die middag was het al zover om de bus terug naar Yangon. (na dit punt hebben we overigens geen foto's omdat ik hier even niets meer kan uploaden..)
Yangon
In Yangon waren we een paar dagen voor onze vlucht terug, dit vooral om Bert en Sophea, nog te bezoeken, de oom en tante van Melissa, Melissa's oom zit daar omdat hij voor het rode kruis werkt en is daar onlangs gestationeerd(het rode kruis mag daar echter erg weinig van de regering, dus misschien gaan ze daar binnenkort weer weg). Erg interessant om te horen over het land vanuit het perspectief van Bert, die er toch wat langer zit en ook wat meer weet vanuit zijn werk voor het rode kruis. De avond voor vertrek zijn we ook met zijn allen uit eten gegaan. Lekker sjieke tent, was wel een keer leuk eigenlijk, zelfs een fles wijn erbij! Er zijn ook redelijk wat buitenlanders die in Myanmar werken dus de tent was goed gevuld met allemaal mensen vanuit de hele wereld, vooral ook amerikanen want die willen niet dan mensen van het land zelf hun ambassade bouwen(uit veiligheidsredenen of iets). Bert heeft verder ook best in veel andere landen gewerkt en dan krijg je zelf stiekem ook een beetje kriebels zo van, hmm, misschien interessant om zoiets ook te proberen. Maar misschien pas in Nederland zorgen over maken :)
Bangkok
Vanuit Yangon naar Bangkok gevlogen, weer terug in het oude vertrouwde nest. De volgende dag Nanno en Doenja opgehaald van het vliegveld die een paar weken vakantie in Thailand houden. Erg raar om vrienden te zien uit Nederland en wel heel tof eigenlijk. We hebbben ze gister wat van 'onze' stad laten zien en ook zelf weer wat nieuwe dingen gezien. Binnenkort, offuh misschien vanavond al, gaan we richting het zuiden, even op het strand liggen :)
Yangon, vanuit ons hotel. In de verte de shwedagon pagoda.
We werden verwelkomd door een eindeloze stroom regen. Sommige straten staan ook helemaal onder water.
Bij een meer in de buurt van Shwedagon. De boot op het water is een soort drijvend paleis met als voorkant iets wat lijkt op het hoofd van Donald Duck. Die boten zijn een beetje symbool van Myanmar, je ziet ze op veel logo's.
Bijna bij de Shwedagon.
Dit zijn de torentjes naast de Shwedagon. Linksonder zijn vrouwelijk monniken, die dragen altijd roze.
De shwedagon pagoda zelf.
Straatje Kalaw, hier regende het gelukkig al iets minder dan in Yangon. De monsoon komt uit het zuidwesten, dus Yangoon word in het begin het hardst getroffen.
Net begonnen aan de trekking, lekker weertje toen nog.
Laatste blik op Kalaw.
Boeren aan het werk op de heuvels.
Bruggetje op... Bruggetje af..
Jimmy onze gids verteld over de pot met het blauwe kannetje op de foto. Mensen die langskomen doneren daar water in en andere mensen die water nodig hebben nemen er een kannetje uit.
Mooi tussen de heuvels.
Kinderen zijn altijd erg geinteresseerd in de gemaakte fotos.
Ook word er veel tabak geproduceerd. Het stenen plateau wat je hier ziet word van onder verwarmd door brandend hout. Daarop liggen metalen schalen, waarop de tabaksbladeren liggen, daarop liggen weer de zakken met steentjes om het blad goed tegen de warme schaal aan te duwen voor het droogproces.
Onze kok aan het werk.
Stoer ventje :)
Meisjes aan het werk op een theeplantage.
Bijna bij het viewpoint.
Vanuit het viewpoint een mooi lichtshow zichtbaar.
Dinner by candlelight
Een koeienjongen.
Een typisch klaslokaal.
Met typische leerlingen :)
Naar ons gidsje Khaing Khaing waren ze ook altijd erg benieuwd, die kwam daar ook niet elke dag.
Op het treinstation.
Veel handel gedreven met de passagiers, mooi om te zien.
En enorm veel ladingen vervoerd.
Halverwege loop je tussen vele rijstvelden en in de blub over smalle rijstveld paadjes is best lastig.
Kinderslofjes in de modder.
Oudere mensen slofjes onder de modder
Rijstvelden.
Diner
Heel veel word nog met paard en wagen gedaan.
Door het dorp heen lopen en er groeit heel veel hier; kool,tomaten,wortels,tabak,thee,aardappel,mango,mandarijnen,ananas,ui,etc.etc.
De goede man probeert mij wat buddhisme bij te brengen. Zijn naam in het Birmees weet ik niet meer, maar in het Nederlands betekende het 'rollende steen'
'sAvonds nog wat schrijven en wat teuten.
Deel van het gezinnetje, rechts de rollende steen.
De douche van het dorp waar we dankbaar van gebruik hebben gemaakt (Met Longyi, een soort sarong badderen)
Het landschap daarna.
Melissa!
En wat andere mensen onderweg.
Het klooster waar we die avond zouden overnachten.
Balonneren met de novice.
En deze novice zette nog een mooi hoed op voor de foto, hierna ook wat kungfu bewegingen voor de foto :).
De spaanse laat wat foto's zien.
Nog even voor de foto.
Zonnebloem, we zijn hier vlak bij Inle.
In de verte zie je het meer al.
Nog even een kiekje van Khaing Khaing.
Dorpje op palen bij Inle.
Op het meer zelf.
Zonsondergang in Nyaung Shwe, het dorp bij Inle waar we verbleven.
Met deze pickup naar het busstation. Linksonder, die flessen met slangetjes eruit, dat is de benzinetank.
Mandalay Hill.
De grootste munteenheid in Kyat is 1000 Kyat, dat is zo'n 70 eurocent. Als je 100 dollar wisselt heb je dus best een leuk stapeltje :).
In de trein naar Nada, vanuit daar een uur naar Katha.
Op de boot naar Bhamo.
Straatbeeld Bhamo.
Markt Bhamo.
Haven Bhamo, je ziet ook de boot die we de volgende dag zouden nemen.
Zonsondergang over de Irrawady
Sochtends op de boot richting Mandalay, veel mist nog op het water.
En dit is ons stekkie, gezellig. Linksonder Chris, de engelsman.
Het dek onder ons met alle vracht.
De machinekamer kon je gewoon in en uit lopen, er stond zelfs een stoel waar je even lekker kon gaan zitten :).
En dat ben ik :)
Bootje in de verte
Terug in Mandalay, hier zie je sochtends vroeg de monnikken over straat gaan om hun eten te regelen(mensen geven dan eten weg als donatie)
Ik zie ik zie wat jij niet ziet en het is: Dirk Kuyt.
Bagan
Lekker eten in ons tempetje.
Hier ligt zomaar het hoofd van een Buddha.
Melissa op tempel, dit was ons lunchtempeltje.
Een monnik bij het klooster waar we op bezoek waren.
De bekendste en mooist bewaard gebleven tempel.
Mijn fietsje.
Zonsondergang over bagan.
Binnen in een grote tempel.
Straatbeeld Nyaung O, mensen met veel Tanakha.(de makeup/zonbescherming op het gezicht)
2 Comments:
Hey Lieve Meinte en Melissa,
Wow wat hebben jullie waanzinnig veel gezien! Beginnen jullie hoofdjes er nog niet van te overspoelen?? Als dat zo is zou ik jullie plaats best wel even over willen nemen. Kunnen jullie hier even opladen in het nog steeds niet al te zonnige nederland. Lekker binnen zitten om die rust te pakken. Ben echt een beetje JALOERZS aan het worden nu, al die mooie foto's en nog mooiere verhalen iedere keer weer, ik begin JEUK te krijgen!!
Gelukkig treffen we elkaar over twee weken en kan ik eindelijk mijn vleugels uitslaan, zou toch mooi zijn als dat echt zou kunnen geen vliegtuig meer nodig maar gewoon een knopje in kunnen drukken in m'n arm ofzo dat ik alle kanten op kan vliegen waar ter wereld ik ook naartoe zou willen. C'est la vie zo is het helaas niet maar dat er vliegtuigen bestaan is natuurlijk ook al heel erg mooi meegenomen!! Heb er zin in 2wk SULAWESI TENTENTA eindelijk gaan we er met zijn allen naartoe!! Ik kijk er naar uit broertje tot dan!!
Blijf gezond tot die tijd, en ook daarna nog natuurlijk!! Pas goed op elkaar en blijf vooral GENIETEN!!
Hele dikke kussen van Sietske
Lieve Meinte en Melissa,
We hebben de hele avond achter de computer van jullie verhalen en foto's genoten!!! Geweldig zeg, dat Birma, wat hebben jullie weer wat beleefd. Zelf ben ik net terug uit Cornwal (Engeland), ook heel mooi, maar verschil moet er zijn... ;) Pake en Beppe zijn gisteren nog even in Doorn geweest; erg gezellig! En nu dus nog even op de Veluwe.
Veel plezier met jullie vrienden en daarna een geweldige tijd op Sulawesi toegewenst! Veel liefs en groeten, Pake, Beppe en Sonja
Een reactie posten
<< Home